1. Laat het fondant op kamertemperatuur komen. Is de fondant nog erg hard, verwarm deze dan even bijv. op de verwarming of in een vrijwel afgekoelde oven.
2. Kneed het fondant even door.
3. Bestrooi het werkblad met een klein beetje suikerbakkerspoeder en rol de fondant hierop uit. Gebruik geen vetstoffen, dit heeft een negatief effect op de flexibiliteit van deze fondant.

Tips:

• Dek om het hard worden te voorkomen steeds je fondant goed af met wat plastic folie.
• Als je rolfondant over hebt kan je deze het beste in een plastic verpakken, en deze in een afgesloten plastic bak bewaren. (vacumeren is nog beter)
• Zorg ervoor dat als je de fondant gaat verwerken je het eerst goed door kneedt.
• Ga je grote strikken en dergelijke maken of figuurtjes die rechtop moeten blijven staan, dan kan je het fondant wat steviger maken door er wat tylose door heen te kneden, gebruik op 250 gram fondant een volle theelepel tylose poeder, en voeg eventueel een beetje vocht toe.
• Als je fondant wil vastplakken aan elkaar of op een beklede taart kan je een beetje water gebruiken of wat eetbare lijm.
• Is de fondant toch uitgedroogd? Maak een beetje siroop van een theelepel suiker en een theelepel gekookt water.  Voeg dit toe aan het fondant. Maak je handen aan beetje nat, en kneed de fondant opnieuw door totdat deze weer elastisch is.